woensdag 25 november 2015

Bespreking van het verhaal


Als laatste bericht heb ik nog een kleine bespreking gemaakt van mijn boek.

Thema:
Het thema van het verhaal gaat over mysterie en spanning. Dan Brown is hier erg goed in geslaagd en hield me tot het einde van het boek op het puntje van mijn stoel.

Vertelstandpunt:
Het vertelstandpunt is in het boek een niet-auctoriële hij/zij-verteller omdat je als lezer de afloop niet kent en er geen tips worden gegeven van hoe het misschien zou kunnen gaan. Je bekijkt het verhaal uit de ogen van vele personages, maar voornamelijk de protagonist.

Character:
Elk personage in het verhaal is een round character omdat ze verschillende emoties vertonen doorheen het verhaal. Ook is er geen stereotiep beeld over de personages.

Het verhaal bevat een inhoudelijke spanning aangezien je niets meer weet dan de karakters in het boek.

Ruimte:
Het verhaal speelt zich af in onze wereld en er wordt telkens duidelijk aangegeven waar het zich afspeelt.

Tijd:
Het verhaal speelt zich af in onze tijd. Dit maakt het verhaal ook tien keer beter aangezien het inspeelt op de realiteit en dit het zoveel geloofwaardiger maakt.

Audiolog 8


We moeten het halen! Dat moet gewoon! Sophie en ik raceten naar Westminster Abbey. Toen we er aankwamen merkten we dan er bijna niemand aanwezig was. Dit baarde me zorgen, want ik had geen zin in een herhaling van wat er in de verlaten Tempelkerk gebeurde. Newtons graftombe bestond uit een grote marmeren sarcofaag waarop de troste gestalte van sir Isaac Newton op stond. Maar wat me het meest interesseerde was wat er achter hem stond: een muur versierd met een verzameling van hemellichamen: sterrenbeelden, kometen, sterren en planeten. Zoek nu de bol die in het graf ontbreekt… Moest ik echt de ontbrekende planeet zoeken? Van rozig vlees, gevuld met zaden, spreekt… Mijn concentratie werd al snel verbroken door Sophie die me riep. Ze had een boodschap gevonden op de tombe van Newton die duidelijk voor ons bestemd was: Ik heb Teabing. Ga door de kapittelzaal via de zuidelijke uitgang naar de tuin. We moeten ons haasten! We volgden snel de instructies en kwamen uit in een gigantische zaal. En daar, in het midden van de zaal met een revolver op ons gericht, stond Leigh Teabing. De verrader! Hoe kan hij! Hij vertelde ons dat hij degene was die achter de moord van Jacques zat, dat hij zijn butler en de monnik enkel als marionetten had gebruikt om aan de sluitsteen, de cryptex, te geraken. Hij was er achter gekomen dat Jacques de Priorij had verlaten omdat hij gezwicht zou zijn voor de kerk. En daarvoor heeft hij moeten boeten. Teabing gaf de cryptex aan mij en richtte vervolgens zijn revolver op Sophie. Ik moest de cryptex openen. Maar daarvoor had ik tijd nodig. Ik draaide de twee de rug toe om me beter te kunnen concentreren. Het heilige vrouwelijke... De kelk... De roos... De ondergang van de godin... De heilige graal. De godin Venus, die vruchten plukte van de vijfbladige bloesem. De vrucht der kennis… Adam en Eva! Dat is het! De bol die Eva at, wat haar de heilige toorn van God opleverde! De bol die niet op Newtons tombe stond, maar wel uit de hemel viel op Newtons hoof! Vijf letters!


A-P-P-E-L

Audiolog 7


Ik heb geen idee hoe we hiermee weg zijn kunnen komen! De politie was blijkbaar gewaarschuwd door iemand van de luchtmaatschappij en had voor een ontvangstcomité gezorgd bij onze aankomst in Londen. Sophie en ik hadden de monnik uit het vliegtuig gesleept halverwege de draai naar de hangar nog vóór de politie arriveerde. Zo kwam de politie voor een erg grote teleurstelling te staan wanneer ze enkel een kreupele oude man (Teabing) en zijn assistent uit zagen stappen. Ze konden niks anders doen dan hen te laten gaan. Teabing vermoedde dat het gedicht verwees naar de Tempelkerk, een bolvormig gebouw waar tien tempeliers zijn begraven. Maar net toen we de tempel onderzochten naar verdere aanwijzingen, sprong de albino geruisloos achter een pilaar vandaan en hield Sophie in zijn greep. Vanuit mijn ooghoek zag ik een keurig geklede man naar ons toe lopen met een revolver in zijn handen: Rémy, de assistent van Teabing. Waarom is het is altijd de butler! Hij hield mij onder schot en eiste de cryptex. Het was mijn enige optie. Ik keek hulpeloos toe hoe een albino monnik en een butler een kreupele man hun limousine insleurden en zo, samen met het geheim van de graal, de verte in reden. Wat een toestand, dat verzin je in je zotste dromen nog niet. Maar we konden niet bij de pakken blijven zitten. We wisten wat er in het gedicht stond. We moesten alleen nog weten waar het naar verwees. Dus zochten we de dichtstbijzijnde bibliotheek op en gingen op het internet naar mogelijke antwoorden zoeken. Na een kwartier zoeken raakten we de moed al bijna zakken tot ik ineens op een interessante treffer stuitte:

… edelachtbare ridder, sir Isaac Newton …
… in Londen in 1727 en …
… zijn graf in Westminster Abbey …
… Alexander Pope, vriend en collega …


Dat was het! Alexander Pope… A. Pope! Hij was bij de begrafenis van ridder Isaac Newton!

Audiolog 6


Deze zoektocht naar de graal wordt nog eens mijn dood! Blijkbaar zijn er nog meer mensen die geïnteresseerd zijn in de heilige graal. Op het moment dat ik Teabing de sluitsteen liet zien, kwam er een albino met lange witte haren binnengeslopen en sloeg me buiten bewustzijn met de kolf van zijn pistool. Toen ik weer bijkwam stelde ik vast dat we in een auto zaten. Er was tijdens mijn bewusteloosheid blijkbaar heel wat gebeurd. De albino bleek een aanhanger van het extremistische Opus Dei te zijn. Deze organisatie wil blijkbaar, koste wat kost, de graal vernietigen en op die manier verhinderen dat de schokkende waarheid over Jezus Christus bekend raakt. Sophie en Teabing wisten hem net op tijd te ontwapenen en hielden hem gekneveld in de koffer van de Range Rover waarmee we door het bos rond het landhuis raasden. De politie had blijkbaar ons spoor gevonden en was ons gevolgd tot aan Teabing’ landhuis. Elke toegangsweg was strategisch versperd. Dus zag Teabing geen andere oplossing dan ons met zijn privévliegtuig uit Parijs te smokkelen. We waren nog maar net opgestegen of de politie had ons spoor weer opgepikt. 
In het vliegtuig konden we, samen met Teabing, de cryptex rustig bestuderen. Al snel vonden we aan de binnenkant van het deksel de volgende zin: een steen aan ’t hoofd, door tempeliers vereerd… met atbash wordt deez’ sleutel omgekeerd. Het eerste deel van de zin verwijst naar de heidense vruchtbaarheidsgod Baphomet wiens hoofd werd afgebeeld als dat van een ram of een bok. Hij werd vereerd door de tempeliers in een ritueel waar men stenen maskers droeg. In het Hebreeuws worden geen klinkers geschreven, dus blijf je over met BPVMTh. Dit wordt in het Atbashe schrift geschreven als Sh-V-P-Y-A. Maar aangezien de cryptex een Romeins alfabet gebruikt, moest dit naar SOFIA worden omgezet. Sophia... Deze code opende de cryptex. Maar lang duurde onze vreugde niet. Er zat namelijk een tweede cryptex in, samen met een vel perkament met daarop een klein gedicht:

In Londen rust een ridder door wiens werk
in grote toorn ontstak de heilige kerk.
Toch stond een paus te treuren aan zijn graf,
of was zijn dood in werk'lijkheid een straf?
zoek nu do bol die aan zijn graf ontbreekt,
van rozig vlees, gevuld met zaden, spreekt.

dinsdag 24 november 2015

Audiolog 5


Mijn veronderstelling bleek juist te zijn. Ik kende niemand die meer wist over de heilige graal en de Priorij van Sion dan de historicus Leigh Teabing. En hij woonde vlak bij Versailles, wat ook een opluchting was. Teabing bleek erg enthousiast te zijn me nog eens te zien en was zeker in zijn nopjes toen we hem vroegen over de graal, zijn favoriete onderzoeksterrein. Hij overspoelde ons met verhalen en informatie over de heilige graal. Zo toonde hij ons een kopie van 'Het laatste avondmaal'. Hiervan denken velen dat de heilige graal er op staat, wat helemaal niet het geval bleek te zijn. Alleszins niet in bekervorm. In het midden van het schilderij, tussen Jezus en de persoon rechts van hem, is duidelijk een \/ - vorm te zien: het oeroude symbool van de vrouw. Ook is Jezus’ rechterhand geen man, zoals bijna iedereen denkt. Die persoon is Maria Magdalena. Zij werd ervan verdacht een relatie te hebben gehad met Jezus. Zij bleek ook geen doodgewone hoer te zijn zoals de Bijbel suggereert, maar zou van koninklijke afkomst zijn. Als je dan naar de schrijfwijze van de heilige graal kijkt: “Sangreal” waarvan “San” staat voor heilig en “Greal” voor graal, zie je dat er nog een oudere schrijfwijze van is: Sang Real, wat letterlijk betekend ‘Koninklijk Bloed’. Dit alles wijst erop dat de heilige graal geen beker is, maar de koninklijke bloedlijn van Jezus Christus en Maria Magdalena. Een koninklijke bloedlijn die tot de dag van vandaag door de Priorij van Sion wordt beschermd. Een organisatie waarin de opa van Sophie een hoge functie had.
Koninklijk bloed…  Prinses Sophie…


maandag 23 november 2015

Audiolog 4


In de bank zelf wees alles zichzelf uit. Om de garage te kunnen betreden, werd gevraagd een sleutel in te brengen. De driehoekige steel van de ketting bleek dus echt een sleutel te zijn, want ze paste perfect in het slot. Verder ging je met een lift ettelijke verdiepingen naar beneden en kwam je uit op de receptie. De jongeman André Vernet die ons daar ontving bleek Jacques goed gekend te hebben, want hij leek erg aangedaan toen hij er achter kwam dat Sophie zijn kleindochter was en hij die avond nog vermoord was. Vernet was dan ook bereid om ons te helpen ontsnappen uit de stad aangezien hij wist dat we gezocht werden door de politie en hiervoor de hele stad hadden afgezet. In de kluis waar de gouden sleutel toegang tot gaf, was maar één object te vinden: een kleine hardhouten doos met op het deksel een prachtige vijfbladige roos ingelegd: het symbool van de Priorij voor de heilige graal! Maar veel meer tijd om het doosje te bestuderen hadden we niet! De politie stond al vlak voor de bank. Vernet, vermomd als een chauffeur, liet ons in de laadruimte van een kleine bepantserde vrachtwagen stappen en smokkelde ons zo de bank uit. In de wagen legde Sophie me uit dat het voorwerp in deze doos een cryptex was: een onbekende uitvinding uit een van da Vinci’s geheime dagboeken. Deze was ontworpen om geheime documenten veilig te bewaren. De documenten werden geschreven op papyrus en in een breekbaar glazen buisje gestoken. Wanneer deze zou breken, werd het papyrus direct opgelost in het azijn dat ook in het cryptex zat. Om het cryptex correct te openen, moet je het juiste vijfletterige wachtwoord kennen. Het kan niet anders of in deze cryptex, ontworpen door de gewezen Grootmeester van de Priorij van Sion Leonardo da Vinci, zit een kaart die leidt naar de heilige Graal. Maar onze gedachtegang werd al snel verstoord door de bus die onverwachts stopte. Vernet had ons verraden! Hij had de wagen ergens afgelegen aan de kant gezet en hield ons onder schot. Hij eiste het kistje terug om zo de eer en status van de bank terug in ere te stellen. Hij was duidelijk erg in de war. Gelukkig wist ik daar gebruik van te maken, hem te ontwapenen en samen met Sophie weg te rijden met de bepantserde wagen. Ik weet precies waar we heen moeten!

zondag 22 november 2015

Audiolog 3


Ik wist het! Ik had gelijk toen ik dacht dat de initialen PS een andere, diepere betekenis had. Wanneer ik Sophie vroeg of ze ze ooit ergens anders had gezien, in een monogram of iets anders dat van Jacques was, daagde het haar ook ineens en vroeg ze me verbaasd hoe ik dit wist. Haar opa droeg altijd een soort ketting in de vorm van een Franse lelie met de initialen PS op. Dit was het teken van de Priorij van Sion, een heidense sekte die geloofd werd de bewakers van het geheim van de bloedlijn van Jezus Christus te zijn. Een sekte waarvan Leonardo da Vinci in 1510 als Grootmeester aan het hoofd van stond! En toen we een kijkje gingen nemen bij de Mona Lisa vonden we precies dat: verborgen achter “Madonna of the Rocks”, een schilderij dat net als de Mona Lisa berucht was vanwege een veelheid aan verborgen heidense symbolen, hing een gouden ketting in de vorm van een Franse lelie met de initialen PS op. Opmerkelijk aan de ketting was dat het een driehoekige steel had met honderden zeshoekige putjes in op schijnbaar willekeurige plaatsen. Als een soort hypermoderne sleutel. Bovendien was er onder black light een adres op de achterkant van de ketting te zien: Rue Haxo 24. Een adres dat leidde naar het modern ogend gebouw waar we nu voor staan: de depositobank van Zürich.